De raad van bestuur is de wettelijke gesprekspartner van de cliëntenraad. Voor een goede medezeggenschap is een goede en gelijkwaardige samenwerking van groot belang. De wetgever ziet medezeggenschap als een middel om het democratisch functioneren van zorginstellingen te versterken.
De toelichting op de Wmcz 2018 beschrijft dat ‘het recht van cliënten op medezeggenschap bijdraagt aan het optimaal afstemmen van de dienstverlening aan de wensen en behoeften van cliënten. Door de cliënt mee te laten spreken over de zorg, kan het bestuur afwegingen maken die aansluiten bij de wensen en behoeften van de cliënt.’ Medezeggenschap is daarmee een opdracht aan de zorgaanbieder om goede zorg te bieden.
Ook de Governancecode Zorg 2017 benadrukt dat het – in het kader van goed bestuur – vereist is dat bestuurders voldoende inzicht hebben in het cliëntenperspectief: wat willen cliënten? Belangrijke onderdelen voor goed bestuur zijn voldoende ‘checks and balances’ (zoals ondernemingsraad, cliëntenraad), ruimte voor kritische tegenspraak en inbreng van belanghebbenden.
Met de komst van de Wmcz 2018 ligt er voor cliëntenraden een mooie kans om, samen met de overlegpartner, opnieuw te kijken naar de visie op medezeggenschap. Hoe draagt medezeggenschap bij aan kwalitatief goede zorg en tevreden cliënten? Wat willen de partners bereiken met de medezeg-genschap? Welke doelen zijn er? En ook: Wat hebben de partners nodig om open en eerlijk met elkaar in gesprek te zijn?
Het samen verankeren van het cliëntenperspectief door de cliëntenraad en de raad van bestuur is opnieuw van belang nu de Wmcz 2018 is ingegaan. Nodig als cliëntenraad uw gesprekspartners uit om de uitgangspunten voor medezeggenschap te herijken in een stimulerend gesprek, en inspireer elkaar.